Draadjesvlees

Draadjesvlees is niet moeilijk, de voorbereiding is een paar minuten, het wachten duurt echter wel lang, je moet er wel uren bij blijven. Er zijn vele recepten met bier of met koek. Maar ik gebruik eigenlijk het liefst mijn eigen eenvoudige recept.
 
Nodig voor 4 personen
  • Ca. 800 - 900 gram suddervlees, in dit geval sucadelappen
  • Peper/zout
  • Bakboter
  • scheutje azijn (2 eetlepels)
  • bakpapier
  • 2 sjalotjes, gepeld en gehalveerd
  • kleine ui, gepeld en gehalveerd
  • 2 blaadjes gedroogde laurier
  • half runderbouillonblokje, in een kopje heet water opgelost
Bereiden
Verdeel wat grof gemalen peper over de stukken vlees en smeer dat aan beide kanten goed in.
 
Verhit ruim bakboter in een grote braadpan en schroei het vlees dicht aan beide kanten totdat het mooi bruin is. Voeg nu het kopje heet water toe waar je het halve bouillonblokje in hebt laten smelten. Het scheutje azijn gaat er nu ook bij, dit helpt om het vlees nog zachter te krijgen. Leg de laurierblaadjes in de jus. Leg de halve sjalotten en ui op het vlees. Voeg grof zout naar smaak toe, rustig aan, je kan altijd halverwege bijzouten. Knip een stuk bakpapier op maat en leg dit tussen de pan en deksel. Dit zorgt er voor dat je het vocht telkens op het vlees terug druppelt en zo wordt je vlees niet droog. Zet het vlees heel zachtjes op  en laat dit 3,5 uur door pruttelen. Tussendoor kopjes water toevoegen om nat te houden.
 
De geur van sudderend draadjesvlees trekt iedereen in huis als een magneet naar de keuken. Je geduld zal worden beloond!